Een van de kinderen die ik begeleid, hangt graag de clown uit. Ik merk het van zodra zij binnenkomt in welke modus ze verkeert. Soms is het de clowneske en soms de ernstige. Wanneer ze de clown uithangt, maakt ze constant mopjes, verschuift ze de tafel verschillende keren, vertelt ze zaken die niemand grappig vindt, maar zij ligt in een deuk, krijgt om het minste de slappe lach...
Ik heb de eer om een fantastische jonge dame te mogen begeleiden. Maar toen we aan de slag gingen, kwam haar onzekerheid naar boven. Ik dacht dat ik haar een simpele tekenopdracht had voorgeschoteld, maar dat bleek voor haar niet zo te zijn.
Mijn hart brak toen ik haar bezig zag en vooral over wat ze zei. ‘Ik kan niet tekenen. Ik ga dit nooit kunnen. Ik weet niet hoe ik er moet aan beginnen...’
En toen ik zei dat het uurtje om was, sloeg haar reactie in als een bom. ‘Ga jij nu al weg? Neen, dat mag niet. Ik weet niet wat ik moet doen?’ De paniek kon je in haar ogen lezen.
Wanneer ik met een probleem zit, ruzie heb of overspoeld wordt door mijn emoties, lucht ik meestal mijn hart bij mijn man. Mijn lieve man luistert en begint dan onmiddellijk oplossingen te bedenken. In plaats van opgelucht te zijn, wordt ik soms kregeliger dan voordien.