Samenwerken, kan je leren!
De deur knalt dicht, boekentas vliegt in de hoek. Mijn zoon komt thuis! Sloffend komt hij de living binnen, wat niet van zijn gewoonte is.
Wanneer ik vraag wat er aan de hand is, zegt hij dat hij een groepswerk moet doen. En hij mompelt er nog snel bij dat dit toch nooit zal lukken en dat dat saai is.
Mijn ervaring
‘Hoe? Wat? Groepswerk saai? Dat is toch het leukste dat er bestaat. Dan kan je samenwerken met anderen. Dan moet je niet alles in je eentje bedenken en uitwerken. Hoe fantastisch is dat!’ floep ik er héél enthousiast uit.
‘Neen, mama daar komt alleen maar ruzie van en ik zal al het werk zelf moeten doen.’ zegt hij.
Ah, daar wringt het schoentje. Hij weet niet hoe hij het groepswerk tot een goed einde moet brengen en samenwerken met anderen bezorgt hem stress.
Als kind vond ik groepswerk het leukste dat er bestond. Ik floreerde helemaal. Samen dingen mogen uitzoeken zonder dat de leerkracht zich ‘moeide’ Wauw! Ik zag er alleen maar de voordelen van in. Gevoelsmatig snap ik nog altijd niet goed dat mijn zoon samenwerken niet leuk vindt. De energie die je daar van krijgt. Je komt in een bepaalde flow terecht en voor je het weet is je dag voorbij.
Wanneer ik er met een afstandje naar kijk, zie ik echt wel de moeilijkheden.
Ook ik ben af en toe zwaar ontgoocheld geweest in mijn klasgenoten. Niet iedereen vond groepswerk even leuk en er waren er altijd een aantal bij die zich niet aan de afspraken hielden. Zodat al het werk bij mij en nog iemand anders terecht kwam.
Samenwerken is niet evident.
Je moet daar veel vaardigheden voor onder de knie hebben. Zoals actief luisteren, initiatief nemen, grenzen stellen, je aan afspraken houden, elkaar vertrouwen… en dan heb ik het nog niet over inhoud verwerken, presentaties maken, praten voor een groep…
En toch moeten onze kinderen dat kunnen. Er wordt als meer van hen verlangd dat ze kunnen samenwerken Ze krijgen allerlei groepswerken op school en in veel jobs moeten ze in team kunnen werken.
Wat kan er verkeerd lopen?
Er kan dus echt van alles verkeerd lopen tijdens het samenwerken.
Klasgenoten die zich niet aan de afspraken houden. Leerlingen die hun deel niet opnemen. Niet kunnen of durven neen zeggen als ze al het werk in zijn nek schuiven. Durven zijn medeleerlingen aanspreken wanneer ze zich niet aan de afgesproken opdrachten houden? Zijn eigen lat niet te hoog leggen? …
Mijn zoon heeft namelijk de neiging om zijn lat heel hoog te leggen. Hij is daar heel serieus in. Groepswerk moet inhoudelijk goed zijn. Je moet een zéér goed resultaat indienen. Hij legt zijn lat niet alleen hoog voor zichzelf, hij verwacht dit ook van zijn medeleerlingen. Ook zij moeten het werk au sérieux nemen. Dat ze de dingen doen die afgesproken zijn en dat ze de deadlines halen. En daar loopt het dikwijls fout. Veel van zijn medeleerlingen kunnen niet voldoen aan zijn eisen. Ofwel nemen ze het niet zo ernstig genoeg, of wel zijn ze te snel tevreden met het vinden van de antwoorden.
En daar steigert mijn zoon op. Hij wordt daar heel ongelukkig van en wil het groepswerk liever alleen doen. Dit hele groepsgebeuren wordt een lijdensweg voor hem. En eigenlijk hoeft dit niet zo te zijn. Hij heeft nog niet helemaal door dat samenwerken ook een leerproces is. Dat dit met vallen en opstaan gaat. Dat niet iedereen dit al even ver staat in dit proces. Hij moet ook leren om water in de wijn te doen.
Hoe aanpakken?
Maar hoe moet hij dat nu doen, zijn lat minder hoog leggen? Hij zal af en toe de situatie moeten leren accepteren zoals ze is. Dat kan hij doen door haalbare doelen te stellen. Hij wilt het altijd super goed doen, maar soms is daar te weinig tijd voor. Bekijk samen bij een activiteit wat hij wil bereiken en of te realistisch is. Stuur bij indien nodig.
Om minder stress te hebben rond groepswerk is het interessant dat hij de ‘ik moet’ ombuigt naar ‘ik wil’. Mijn zoon moet van alles van zichzelf. Niemand verwacht deze zaken en toch legt hij ze zichzelf op. Ik laat hem eens elke ‘ik moet’ opschrijven en dan bedenken we samen of het echt moet of dat het eerder een ‘ik wil’ wordt.
Van mij mag hij ook eens de proef op de som nemen. Hij mag een week lang een bepaalde taak minder goed doen dan anders om te ontdekken hoe dat is. Daarna bespreek ik met hem wat de voor- en nadelen zijn. En of dit toepasbaar is op andere opdrachten.
Wat moet je kunnen?
Om goed te kunnen samenwerken en zijn lat juist te leggen, moet mijn zoon stevig in zijn schoen staan. Moet hij durven opkomen voor jezelf. Geloven in zijn eigen kunnen. En weten dat fouten maken bij het leerproces hoort. Hij heeft voldoende zelfvertrouwen nodig.
Mocht jouw zoon of dochter te weinig zelfvertrouwen hebben, neem dan gerust contact op voor een gratis verkennend gesprek.