Kunnen verliezen, lukt nooit! Of toch?
Telkens we een gezelschapsspelletjes spelen, is het prijs. Wanneer hij dreigt te verliezen, gooit hij alles omver en loopt schreeuwend weg. En als je niet oplet zou hij zijn broer of zus nog een dreun verkopen ook.
Herkenbaar? Reageert jouw kind ook zo heftig wanneer hij nog maar denkt te verliezen?
Je kind reageert zo omdat verliezen een bedreigende situaties is voor hem. Wanneer hij in zo’n situatie terecht komt, springt zijn reptielenbrein op. Dan kan jouw kind niet meer nadenken over zijn manier van reageren. Hij reageert instinctief. Zijn reptielenbrein wil hem beschermen tegen deze negatieve emotie en treed in actie. Je kind wordt boos, begint te wenen of loopt misschien wel weg.
Als je goed naar jouw kind kijkt, zie je het dikwijls aankomen. De spanning bouwt in zijn lijfje op. Hij begint als maar meer te zuchten wanneer hij een slechte kaart trekt of te weinig gooit met de dobbelsteen. Hij reageert veel korter wanneer iemand iets aan hem vraagt. Hij kan niet meer blijven zitten. Hij wil dat je snel doorspeelt zodat hij snel terug aan de beurt komt… En als dit nog even doorgaat, weet je dat hij zal ontploffen.
Neen, verliezen is geen leuk gevoel en hij hoeft niet blij te zijn wanneer hij verliest. Want zeg nu zelf niemand verliest graag. Maar jij wilt wel dat hij dan op een redelijke manier reageert.
Misschien denk je er over na om geen spelletjes meer te spelen, want het eindigt toch altijd ruzie. Misschien wil je hem wel altijd laten winnen. Maar als je eerlijk bent voel je dat dit een beetje wringt. Hij is dan wel blij. Maar wat met de andere kinderen? Hoe gaan die reageren als hij altijd mag winnen? Welke boodschap geef je dan aan jouw kinderen?
Een goed plan?
Is dit een goed plan? Veroorzaak je dan niet nog meer problemen?
Op korte termijn zal er weinig aan de hand zijn. Je kind is blij, jullie hebben een rustige, gezellige avond gehad. De sfeer zat goed!
Maar op langere termijn is dit geen goed idee. Op die manier leert je kind nooit omgaan met verlies. Met alle gevolgen van dien. Want vroeg of laat zal hij toch geconfronteerd worden met verliezen. Je kan je kind daar niet eeuwig voor beschermen. Op die manier ontneem je je kind ook oefenkansen.
Op een goed manier omgaan met verlies is niet evident. Het ene kind kan daar makkelijker mee om dan het andere. Maar elk kind kan het leren. Dit leer je door veel spelletjes te spelen en met wat hulp van jou.
Hoe helpen?
Toon aan je kind hoe jij omgaat met verlies. Help je kind om te relativeren. Plaats het moment van verlies in perspectief. Leer je kind dat hij dat erg mag vinden, maar dat er nog veel ergere dingen kunnen gebeuren. Op die manier leert hij misschien zijn gevoel van woede wat te onderdrukken.
Ga in gesprek met je kind. Bespreek hoe hij zich rustig kan houden, dat je snapt dat hij verliezen niet leuk vindt. Hoe hij de winnaar kan feliciteren zonder boos te worden.
Leer je andere kinderen om hun overwinning niet al te overdreven te vieren. Want dit is voor niemand leuk.
Maak duidelijk aan je kind dat wanneer hij zo boos wordt er misschien niemand meer met hem zal willen spelen. Leer aan je kind dat fijn samenspelen belangrijker is dan winnen of verliezen.
Geef je kind complimentjes over zijn inzet en doorzettingsvermogen.
En dan spelen maar, want oefening baart kunst! Dit is de beste manier om het te leren. In een veilige situatie (jouw gezin) kan jouw kind aan de slag gaan. Met vallen en opstaan zal hij zijn stappen zetten.
Zie je na lang oefenen nog geen enkele verandering, aarzel dan niet om contact op te nemen voor een gratis verkennend gesprek.